Beweging of het plaatsen van deze activiteiten in de ruimte heeft geen zin en staat het oefenen in de weg.

Zowel binnen het vermenigvuldigen als wel het delen maken we de kinderen duidelijk wat ze met het vermenigvuldigen doen.

Moeilijkheden (deze kunnen vaak voorkomen worden als we de kinderen leren om de antwoorden te controleren en van te voren te schatten wat het antwoord ongeveer kan/moet zijn):

Delen:

1. Welke gevolgen heeft het wanneer we de rest op gaan delen bij het delen (dat kan als we achter de komma doorgaan waarbij we dan in het antwoord de komma wel moeten plaatsen).
   
   
2. Wanneer de deler een breuk is kunnen we natuurlijk niet delen. Het is gemakkelijker om van de deler een geheel getal te maken (dan moeten we het deeltal ook veranderen …wanneer we de deler met 10 vermenigvuldigd hebben moeten we dat ook met het deeltal doen.

Vermenigvuldigen:

1. Vermenigvuldigen op zich biedt geen problemen. De kinderen moeten wel weten wat ze doen zodat de komma in het antwoord op de juiste plaats gezet worden.