Vanuit de beweging

Op het plein, in de zaal of in de klas positioneren de kinderen zich op de getallenlijn.

We kunnen hier direct weer de relatie leggen tussen de gewone en decimale breuken.

De kinderen moeten gaan staan op de plaats die de leerkracht hen geeft:

Ga staan op 0,2

Er staan een aantal markeringen op de lijn. Kinderen hebben kaartjes met dec. breuken daarop. Zij moeten op de plaats gaan staan die past bij de breuk die zij op het kaartje hebben staan.

Natuurlijk werkt men ook verder binnen een groter getallenruim.

Overige activiteiten/werkvormen

We kunnen hier uitgaan van het bekende:

• De afstand van een kilometer.

Afstanden kunnen in km worden aangegeven
b.v. 20 kilometer van Boxtel naar Eindhoven.

We kunnen de afstand verfijnen door ook delen van de kilometer aan te geven.

b.v. De Van Beekstraat is 0,5 kilometer lang. We kunnen zo aan de hand van een getallenlijn de kinderen afstanden laten plaatsen.

Boxtel                                         Eindhoven

0                                                        20

                            Best ligt op 15,5 km enz

• Meetlat

We laten de kinderen van alles meten met de maatlat. We laten meten in cm. Wordt het nauwkeurig, dan moeten de mm ook aangegeven worden. We laten dat uitdrukken in dec. getallen b.v. 4,4 cm.

• Getallenlijn

Ook kunnen we, nadat we getallen in de ruimte hebben geplaatst, deze getallen op een getallenlijn uitbeelden.