Het aanleren van de rekentekens kan op vele manieren worden gedaan.

• In Rekenen in beweging wordt gewerkt met de vier rekenkabouters waarbij de kwaliteiten van de vier bewerkingen beleefbaar en duidelijk gemaakt worden.

Je kunt het beeld van de kabouters gebruiken maar alleen om een ingang, een beeld te creeren naar de kwaliteit van de bwerking.
Het is van belang dit beeld weer zo snel mogelijk los te maken van het rekenen!

• In dit hoofdstuk wordt ook aangeduid hoe Von Baravalle deze bewerkingen aanleerde.

.  Werkend met de getallenlijn wordt een groep cijfers gespliltst. Het plusteken ontstaat 8=3+5

Werk met de kralensnoer en niet met een letallenlijn waarbij op elk kaartje een getal/cijfer is afgebeeld.
dit kan wel als je de kaartjes kunt omdraaien zodat ze niet voorzien zijn van een cijfer.
Je kunt immers niet rekenen met de getallenzelf!

• Ook ( en vooral) wordt hier de overgang van pijlentaal naar rekentekens belicht. Vooral van belang is wat er in dit hoofdstuk beschreven staat over de vraagstelling rondom bewerkingen.